Hoofdluizen zijn betrekkelijk onschuldige insecten.
De grootste schade die luizen toebrengen zijn de psychische, sociale schade en schade door ondoordacht gebruik van medicinale hoofdluisdodende middelen (insecticiden).
Dat alles kan voorkomen worden door betere voorlichting over ‘het hebben van luizen’ en ook meer tijd beschikbaar te maken voor het verwijderen van de luizen.
Inleiding
Hoofdluizen komen al eeuwenlang overal te wereld in alle lagen van de bevolking voor.
Er zijn neten (luizeneitjes) gevonden van ongeveer 7000 voor Christus oud, in grotten in de woestijn van Judea.
Ook bij Egyptische mummies en bij de slachtoffers van de uitbarsting van de Vesuvius in Pompeï (79 na Christus) en bij opgravingen in duizend jaar oude Vikingnederzettingen in Groenland zijn luizen gevonden.
Hoewel hoofdluizen in tegenstelling tot kledingluizen op zich vrij onschuldig voor de mens zijn, vindt niemand het fijn om ze te hebben. Niet alleen kriebelt het, kinderen worden er bijvoorbeeld mee gepest, met de nek aangekeken.
Men schaamt zich vaak voor het hebben van luizen.
Voor de bestrijding van deze eeuwenoude metgezel van de mens zijn dan ook heel wat al dan niet werkende remedies gangbaar.
Zoek je op internet naar informatie over luizen, dan doen overheden, artsen, fabrikanten, apothekers, ouders, scholen, milieu groepen allemaal hun zegje.
Opvallend is dat over de aanpak van luizen nogal wat elkaar tegensprekende meningen in omloop zijn en dat over de werking van de gebruikte bestrijdingsmiddelen veel meer algemeen bekend zou moeten zijn.
Hier is geprobeerd volledige, bruikbare informatie zo mogelijk gebaseerd op wetenschappelijke bronnen, bij elkaar te brengen.